Binnenkijken bij de passiefwoning van Stefan en Marleen

Stefan en Marleen kochten hun halfopen bebouwing in Brasschaat toen die volledig afgeleefd was. En dat was precies wat ze wilden. “We zochten een huis om zelf te verbouwen tot passiefwoning. En daarin zijn we verder gegaan dan de gemiddelde Vlaming.” Versnipperde kranten als isolatie, muurverwarming en een regenwaterkraan in de keuken? Drie keer check!

In samenwerking met Gazet van Antwerpen. Tekst: Hanna Van Thienen Foto’s: Joren De Weerdt

Het huis van Stefan en Marleen dateert uit de jaren 30, maar dat valt nergens meer aan te zien. De voorgevel is bekleed met hout en pannen. Binnen springen de enorme glasramen in het oog. Het gezin is trots op hun gerenoveerde woonst. “We hebben bijna alles zelf gedaan, in onze vrije tijd. Maar het is de moeite meer dan waard." 

Over elke vierkante centimeter is nagedacht. Van elk hoekje en kantje weet Stefan welk materiaal er gebruikt is. En vooral: waarom. “We hebben niet alleen gekeken naar het reële energieverbruik van de woning, maar ook naar de energie-inhoud van de gebruikte materialen. Baksteen bijvoorbeeld kost enorm veel energie om te maken. Net als cement. Dat soort materialen hebben we dus zo veel mogelijk vermeden. De bestaande bakstenen buitenmuren hebben we wel deels behouden en extra geïsoleerd.”

De badkamer bevindt zich boven de leefruimte. “De boiler zit in de kast naast de douche. Zo is de wachttijd om warm water te krijgen heel kort.” De warmte van het douchewater dat wegstroomt, wordt opgevangen door een douchewaterwarmtewisselaar. “Ze wordt teruggewonnen zodat je minder warmte nodig hebt om te kunnen douchen. Samen met de zonneboiler zorgt dat ervoor dat wij heel weinig verbruiken.”

Bijna alles is geïsoleerd met cellulosevlokken. “Cellulose is simpelweg versnipperd krantenpapier”, zegt Stefan. Verwarmen met zonnepanelen en een warmtepomp is daardoor amper nodig.

Vroeger stopte het huis ter hoogte van de vide. “Er was nog een oude keuken aangebouwd, met daarachter een hoop koterijen. Die hebben we allemaal afgebroken. De nieuwe zijmuur werd opgebouwd uit kalkzandsteen, dat is een ecologischer alternatief voor baksteen, dat bovendien veel warmte opneemt. Ideaal voor zo'n hoge open ruimte.”

Marleen is vooral erg blij met de lichtinval. “Het is enorm hoeveel licht er dankzij onze ramen binnenstroomt, tot helemaal vooraan in de keuken.”

Vanuit de leefruimte kijk je door drievoudig glas uit op de wilde tuin. “We mochten eigenlijk nog veel meer oppervlakte bebouwen. Maar waarom zou je al die ruimte innemen? Hetzelfde geldt voor de bovenverdieping. De kinderkamers hielden we bewust klein, omdat ze maar tijdelijk nodig zijn. Amelie zit over een paar jaar misschien op kot. We moeten met z'n allen af van het idee dat we veel plaats nodig hebben. In België wonen zoveel koppels of alleenstaanden in een huis waar makkelijk vier mensen in passen.”

Waar komt die liefde voor ecologisch en compact bouwen vandaan? Stefan: "Mijn ogen zijn opengegaan tijdens het bouwproces van ons eerste huis in 2000. Tijdens een opleiding rond duurzaam bouwen, leerde ik de eerste kneepjes van het vak. Later ben ik bij de vzw Passiefhuis-Platform gaan werken, waar ik onder andere een project rond passieve scholen in goede banen leidde.”

Voor hun verbouwing werkte Stefan nauw samen met een interieurarchitect. “Ik was alleen bezig met het energetische, terwijl hij me wees op het belang van het esthetische. Zonder hem had het er hier niet zo mooi uitgezien”, glimlacht Stefan.

Vandaag zijn energie en schoonheid mooi in balans in de woning. “Bij veel mensen leeft nog altijd het idee dat je moet inboeten op comfort wanneer je ecologisch wil bouwen. Met ons huis wil ik bewijzen dat dat niet zo is.”